Bij het zien van de beelden van ‘Christine’ Beckers achter het stuur van de F1 Arrows BMW moest ik terugdenken aan die keer dat ik ‘live’ op hetzelfde Circuit van Zolder kennis mocht maken met de Arrows A6 waarmee Boutsen in ’83 in Formule 1 debuteerde.
Zoals in deze kolommen al eerder werd benadrukt profiteerden in de jaren tachtig zowat alle tabaksmerken van een aanwezigheid in de racerij om hun naam in de spotlights te zetten en uiteraard rekenden zij hiervoor op de, jawel, medewerking van de media, de journalisten die met hun hulp – en op de kosten van – op verplaatsing konden naar Formule 1, of op één van de Belgische races/rally’s altijd in hun hospitality welkom waren voor een drankje en een hapje, lees aan een tafel plaatsnemen in één van de betere eetgelegenheden. Een ‘relatie’ die flink bijdroeg tot het op passende wijze illustreren van stukken die verschenen in één van de vele Belgische kranten…
Het was in die context dat het verenigde BMW Barclay ergens in de winter 1985-1986 de Belgische journalisten verwelkomde in het Zolderse ontvangstcentrum om er kennis te maken met het (hernieuwde) duo Boutsen-Surer en de teamleiding van Arrows. Zoals gebruikelijk bij zulke persvoorstellingen werd de persmap – ja, ja, op papier – vergezeld van een toepasselijk ‘cadeau’. Dat was geen sleutelhanger of ander gadget maar, zowaar, een testrit achter het stuur van een Arrows A6, weliswaar voorzien van de goede oude DFV Cosworth-motor. Niettemin goed voor 500 pk!
Het runnen en begeleiden van die Arrows F1-tests werd gedaan door het dan nieuwbakken Belgische Sport Auto Racing van René Grenier, een rijkaard die met zijn ERG bedrijf destijds instond voor de verlichting van alle Belgische snelwegen en naast een team in de Franse F3 – met o.m. Eric Bachelart – ook events organiseerde waarbij klanten en genodigden hun bips mochten schuiven in auto’s die eerder grote sier maakten in Le Mans en dus ook de ex-Boutsen Arrows!
“Jij reed verschrikkelijk traag”, hoor ik nog het eerste commentaar van collega Pierre Van Vliet, toen hij mij na afloop van de twee rondjes hielp uit de Arrows te geraken. “Ik heb ervan genoten”, repliceerde ik PVV met een grote smile. “Met het in de chicane langsheen de voorste wielen opspattende water en het zicht vanuit de nauwe cockpit waande ik mij in een stripverhaal, Michel Vaillant achterna! Blijkbaar vergat ik hierbij de rechtervoet op het gaspedaal te houden. Trage rondjes? Maakt niet uit, het was genieten!”
Er bestaat geen twijfel over dat Philip Verellen, de later betreurde Autokrant-journalist, veel sneller reed en hetzelfde kon gezegd worden van (toen nog journalist) Dirk Vandersluys of Guy Basyn (later persman bij Toyota F1). Ik herinner mij nog de namen van collega’s zoals Claude ‘Clovis’ Viseur (ook al niet meer onder ons) en Philippe Willain van Pro Moteur, die erin slaagde om de Arrows in de Ickx-chicane dwars over de piste tot stilstand te brengen!
Alvorens je aan de slag mocht – achter een soort safety car – kreeg elke testrijder/journalist een vakkundige uitleg van coach Bernard De Dryver. Over het verloop van de tests – achter de safety blijven – het handmatig schakelen, één volle ronde rijden en dan richting pitlane. Als ik aan dat moment de gloire terugdenk voel ik mij nog wegglijden in die cockpit, het met beide voeten zoeken van de pedalen, de versnellingspook rechts van mij en het zicht, vanonder de integrale helm, op het einde van het pitstraatje! Vroaaar…
De komst van het duo Thierry Boutsen en Marc Surer op Circuit Zolder was voor BMW Belgium, Lease Plan en Castrol een unieke gelegenheid om het ook te hebben over een akkoord om voor de 24 Uren van Spa en enkele voorbereidende Europese races een Juma BMW 635 toe te vertrouwen aan het Formule 1-Arrows-BMW-duo met Juma-vertrouweling Hans Heyer, op dat moment eigenaar van drie opeenvolgende zeges in Spa, als derde man.
In functie van hun andere bezigheden was de eerste outing voor Heyer-Surer op het Zweedse Anderstorp goed voor een vijfde plaats, achter een armada Volvo’s 240 Turbo en Rover Vitesse, maar net voor de Schnitzer-BMW van Quester en jongeling Otto Rensing.
Twee weken later nam Surer met een Ford RS200 deel aan de Hessen Rally, waarbij hij zwaar verongelukte en zijn corijder Michel Wyder om het leven kwam. De Zwitser lag met zware breuken en brandwonden weken in de ziekenboeg en zowel bij Arrows als Juma diende men op zoek naar een vervanger.
Het zitje van de F1 Arrows werd vanaf de GP Detroit bemand door BMW-trouwe Christian Danner en hij zou voor rekening van Arrows BMW in Oostenrijk – toen nog Zeltweg – één puntje scoren.
Nadat de piste naar Eric van de Poele – die dat jaar ook voor Lease Plan uitkwam – als Surer-invaller werd afgestopt door Chris ‘Juma’ Van der Auwera – ‘té vroeg om de vergelijking met Boutsen te doorstaan’ – kwam men voor de pre-Spa-races in Brno (9de) en Nürburgring (DNF) én de 24 Uren uiteindelijk uit bij Zwitser Enzo Calderari, een man met veel ervaring bij Eggenberger en TWR. Ook in Spa zou de zwarte BMW van Boutsen-Heyer-Calderari geen rol van betekenis spelen en vroegtijdig van het toneel verdwijnen.
Enkele weken later was de tijd wél rijp om Eric Van de Poele tijdens de Zolderse EG Trophy in de zwarte BMW te droppen. Onder invloed van het korte optreden in de 24 Uren konden Van de Poele en co Heyer op Circuit Zolder beschikken over een frisse 635 CSi. Of hoe het ongeluk van Surer hielp om een hele tijd later Eric VdP in München bij BMW te positioneren…