De recentelijke, onheilspellende berichten over het bewust afslanken van het Belgische Jaguar-dealernet doen mij automatisch terugdenken aan Jacques De Clippel. De in Aalst geboren Antwerpenaar verwierf in de automiddens bekendheid als verdeler van BMW Centrauto en nadien vooral als importeur van Jaguar. Voor velen onder ons was hij in de eerste plaats een pleitbezorger voor alles wat te maken had met de Belgische autosport. Op 7 augustus 2020 was De Clippel op 89-jarige leeftijd stilletjes ingeslapen.
Die begeestering voor de autosport droeg hij over via Antwerp Motor Union. AMU, het geesteskind van Tony Stappaerts, dat ander Antwerps icoon, was een organiserende club, waar je, in tegenstelling tot een ‘actieve’ club zoals Autoclub Excelsior, geen lid van werd om te gaan koersen, maar veel eerder een taak uit te voeren binnen de organisatie van een raceweekend. Velen groeiden vanuit ‘den AMU’ op als standcommissaris of zelfs sportcommissaris. Hierbij vermelden we graag de namen van latere autojournalist Walter Rombauts, ex-sportcommissaris Jan Hendrickx, even VAS-voorzitter Roger Vervack en de nu nog steeds bedrijvige Leo Suetens of Jos De Moor!
Leden van AMU verleenden hun medewerking aan zowel eigen organisaties als andere wedstrijden en vormden aldus een sterke basis voor het waarborgen van de veiligheid op en rond de Belgische circuits. Zo waren er de Beker der Toekomst, jarenlang een AMU-klassieker op de Belgische circuitkalender en traditioneel betwist in september, net voor de EG Trophy, die andere Zolderse klassieker. Gedreven door de aanwezigheid in ‘75 van het Belgische Bang & Olufsen Racing Team (met Bourgoignie en De Dryver) in de Europese Formule 2 slaagde AMU erin om met de steun van Elf (dat sponsor was van zowat de helft van het startveld) de Formule 2 als hoofdact te plaatsen van de… Elf Bekers der Toekomst! Achter het stuur van de Elf March 752 BMW domineerden Fransmannen Leclère en Tambay de Belgische afspraak in het EK.
Jacques en de zijnen hebben altijd oog gehad voor de éénzitterij en tot en met ’81 gaf de European Super VW, zeg maar de wachtkamer van de Formule 3, afspraak in de Bekers en konden we Europese toppers zoals Keke Rosberg (winnaar in ’74), Arie Luyendyck, Helmut Henzler, Walter Lechner en vooral John Nielsen hier aan het werk zien. Voor Belgen à la Marcel Anthonis, Daniël Herregods, Luc De Cock (jawel, die van het Belcar Deldiche-team) of Pascal Witmeur was de AMU-meeting dan ook een gelegenheid om voor eigen publiek te schitteren. Het is dan ook niet verwonderlijk dat Jacques De Clippel vanuit RACB meeijverde voor de, helaas, tegenvallende Racing for Belgium-operatie waarmee Super VW-laureaat Herregods in ’78 een poging mocht ondernemen in de Europese F3.
Er was ook de destijds populaire Antwerpen-Luik-Antwerpen Rally – waarin in ’74 een zekere Robert Droogmans zich op nationaal vlak voor de eerste keer in de kijker reed – met start en aankomst aan de toenmalige Panis Volvo-vestiging aan het Sportpaleis. Onder de kundige leiding van Erik Symens, ex-co van Staepelaere, maakten we in ’80 voor een laatste keer kennis met de bijzonder knappe Eurally met het Waalse Bertrix als rallycentrum.
Uiteraard was Jacques De Clippel zelf een gewaardeerd sportcommissaris en ijverde hij vele jaren voor het erkennen (en uiteindelijk oprichten) van de commissie van de standcommissarissen! Als organisator, en wellicht ook geholpen door zijn commerciële achtergrond, zag hij zich als één van de weinige Vlamingen opgenomen binnen de organisatie van de 24 Uren van Spa en later zelfs directiecomité van RACB!
Het was precies via de Ardense klassieker dat Jacques De Clippel nader kennismaakte met de in de racerij zeer succesvolle Antwerpse Juma-familie en hen deed nadenken over een toekomst als BMW-verdeler. Zo kwam het onder zijn impuls tot de verhuis van (toen nog) ‘Juma Tuning’ van de bescheiden garage in de Borgerhoutse Pieter Desmethstraat naar de Wommelgemse Autolei, mét een BMW-showroom. Ook in de latere evolutie naar de huidige BMW Juma-concessie in Mechelen deed De Clippel zijn zegje! Vanuit Wommelgem bleef Julien ‘Juma’ Mampaey tot en met ’85 BMW’s klaarstomen en het was in de context van het BMW Bastos Juma Racing Team dat ik de opdracht kreeg om, in ruil voor het dekken van reis- en verblijfskosten, in te staan voor het schrijven van de persberichten.
Gezien de nauwe band tussen Juma en JDC genoot ik aldus de eer om in ’84 samen met Jacques af te reizen naar de openingsround van het ETCC in Monza om er de rood-witte Bastos BMW’s 635 van Cudini-Vermeersch-de Fierlant en Thibaut-Bergmeister aan het werk te zien. Chris ‘Juma’ van der Auwera kwam ons in Linate oppikken, maar voor de race op Vallelunga – alwaar Cudini-Snobeck ondanks een zwaar gehavende auto de zege pakten – tuften wij samen in een huurautootje van Rome Fiumicino naar de Autodromo Vallelunga. Tijdens het diner in de betere restaurants speelde Jacques telkens de perfecte gastheer en dwong heel veel respect af bij Fransmannen Cudini en Snobeck. Later dat jaar zouden zij, bijgestaan door Tassin, in de 24 Uren van Spa nipt geklopt worden door de TWR Jaguar XJS van Walkinshaw, Percy en ex-Juma-coureur Heyer. Rond die periode wist Jacques De Clippel allicht dat hij in ’85 importeur zou worden van… Jaguar!
Tijdens één van de ritjes doorheen Lombardije en Lazio hadden we het over een kritische brief die ‘mijnheer’ De Clippel mij, op de kop tien jaar eerder, had gestuurd naar aanleiding van een stukje in het clubblad van Renstal Excelsior. Daarin had ik onder de kop ‘Geen Toekomst voor Vlaming in de Bekers der Toekomst’ het verhaal gebracht over de uitsluiting van Flory Roothaert, na zijn verpletterende zege op Circuit Zolder achter het stuur van een weliswaar niet conforme in Duitsland gehuurde BMW 1600! Ja, ik kende toen nog niet veel van reglementen, moest als aspirant-journalistje nog veel leren en had enkel oog gehad voor het ‘afpakken’ van de overwinning, ten voordele van ‘die Waal Tricot’. “Je informatie altijd checken, hé Koen”, grinnikte Jacques minzaam achter het stuur van de gehuurde Fiat Panda…
Toen ik na lang onderhandelen met RACB-voorzitter Charles de Fierlant op 1 december 1997 aantrad als ‘baas’ van de NSK, nu RACB Sport, wist ik niet dat Jacques een beslissende rol had gespeeld bij mijn aanstelling. Jaren later vernam ik immers van Guido Rijmenans, uitgever van de wekelijkse Autokrant/La Semaine Automobile en lange tijd mijn broodheer, dat Jacques De Clippel op vraag van de ondertussen ook al betreurde Baron de Fierlant de Autokrant-baas destijds was gaan polsen of ik al dan niet een goede kandidaat was voor de job van algemeen secretaris. Er waren immers andere namen die op de short list stonden, zoals Michel Jodogne, toen Fina en in mijn volgende leven in de Aarlenstraat mijn baas, en Pierre Laermans, in die periode algemeen secretaris van VAS.
Helaas, omdat de oude demonen van de Aarlenstraat een goede werking bleven verstoren, vroeg ik twaalf maanden later Jacques om hulp. Ondanks zijn drukke werkdagen ontving hij mij in zijn kantoor aan de toenmalige, imposante Jaguar Antwerpen-concessie (nu ANAC carwash) aan de Boomsesteenweg. Hij begreep de ware toedracht van de moeilijke werking van het secretariaat en kon daarop de andere leden van het directiecomité van RACB overtuigen om met mij afspraak te geven. Ik kreeg aldus de gelegenheid mijn verhaal te doen, daarop werd mijn functie hertekend en verdwenen (een beetje) de onderlinge spanningen bij de NSK/CSN. Niettemin ging ik enkele maanden later in op het aanbod van Marc Van Dalen om over te stappen naar Kronos Racing. Twee personen van RACB wilde ik absoluut persoonlijk informeren alvorens er vanuit Naninne een persbericht zou worden verzonden, en dat waren Charles de Fierlant én Jacques De Clippel.
Ik zag Jacques De Clippel een laatste keer ergens in het najaar van 2012. Ik had positief geantwoord op de uitnodiging van Boja Bursac, jarenlang de rots in de branding op het secretariaat van de 24 Uren van Spa, om aanwezig te zijn tijdens een gezellig samenzijn/etentje van de RACB Amical-vereniging. Plaats van de ontmoeting was Circuit Zolder. Het Limburgse circuit waar Jacques en zijn AMU-vrienden zoveel tijd hadden doorgebracht en er gedurende vele jaren garant hadden gestaan voor heel wat unieke momenten in de Belgische autosport.
Bedankt Mijnheer De Clippel. Vaarwel Jacques.