Kees Koning, speaker van dienst tijdens de finale van TCR Benelux op TT Circuit Assen, kon op geen betere wijze het seizoen 2017 afsluiten door het “opperhoofd van TCR Benelux” (copyright Kees K.) na de podiumceremonie plotseling op hetzelfde podium te roepen. Daar werd ik op een staande ovatie getrakteerd, van alle teamleden, coureurs, partners, collega’s, merkenimporteurs! Ja, het deed mij wat daar te staan en als ik eraan terugdenk, pakt het mij nog altijd emotioneel helemaal in. Gelukkig wist Maxime Salonne van Delahaye mij te verrassen met een flinke champagnedouche, want de tranen waren niet ver af…
Emotie, passie, gedrevenheid, het zijn slechts enkele woorden die deze drie seizoenen hard labeur samenvatten. Drie jaar trekken en duwen, want eind 2014 kreeg ik het pasgeboren TCR-kindje aangereikt.
Ik ga hier niet uitweiden over het waarom van het einde van dit unieke sprintkampioenschap in de Lage Landen. En ik ga evenmin elk raceweekend – en vooral de voorbereiding ervan – ontleden. Ik ga het houden bij enkele voorbeelden. Of hoe één van de vele “deals” tot stand kwam om toch maar voldoende auto’s op de startgrid te krijgen.
Als één van de eerste Nederlandse teams die met de aankoop van een SEAT Leon Cup – zeg maar het technisch concept voor TC3, pardon, TCR – hadden geïnvesteerd in de nieuwe door Marcelo Lotti gelanceerde TCR International Series, lag het in de lijn der verwachtingen dat ik met Bas en vooral Jelle Koeten begon te praten over een deelname aan de openingsmanche van TCR Benelux en hen zou helpen bij het vinden van geschikte rijders. Voor die meeting op Spa-Francorchamps kon ik zo Loris Cencetti – die ik eerder in BRCC naast Guillaume Mondron zette in een gelijkaardige SEAT Leon Cup van bij Allure – koppelen aan rallyrijder Cédric Cherain. Ik wist van Jelle dat zij Jamie Vandenbalck konden strikken voor een tweede SEAT van Bas Koeten Racing, zonder evenwel al een tweede naam in te vullen, laat staan te kunnen aankondigen. “Als jij Cencetti en Cherain kan bevestigen, zoeken wij nog naar die tweede man voor Jamie”, klonk de boodschap vanuit het Nederlandse Westwoud. Niet veel later hing Jelle opnieuw aan de telefoon en liet hij de naam vallen van niemand minder dan Tom Coronel, op dat ogenblik met een Chevrolet van ROAL actief in het WTCC.
“Ik wist van Jelle (Koeten) dat zij Jamie Vandenbalck konden strikken voor een tweede SEAT van Bas Koeten Racing, zonder evenwel al een tweede naam in te vullen, laat staan te kunnen aankondigen”
Ik had nog geen finaal akkoord gekregen van Cherain en blufte tegenover Jelle dat we de komst van Coronel moésten wereldkundig maken, want dat zou potentiële rijders/partners steevast kunnen overtuigen om voor TCR Benelux te kiezen. Zo geschiedde. De aankondiging viel evenwel niet in goede aarde bij Georges Dewulf, persman bij Honda Belgium en drijvende kracht achter de inzet van twee Honda’s Civic voor Stéphane Lémeret en Benjamin Lessennes. Hij pakte eerder uit met de naam van Tiago Monteiro als gelegenheidsteammaat van Lémeret en Georges vreesde dat de komst van Dutch Coronel zijn Monteiro-plan helemaal zou ondersneeuwen. Het tegendeel bleek waar, want het duo Monteiro-Coronel maakte er in Race 1 een ware TCR-show van en wij haalden met TCR Benelux de voorpagina’s in zowel de internationale, Belgische als Nederlandse media!
Colmar-Berg/Luxembourg Trophy. Na het behalen van een derde plaats – en dat bij zijn debuut in TCR – op Circuit Zandvoort wou ik Mathieu Detry (by the way ook nipt derde in het RNT TCR Stuurwiel achter winnaars Dejonghe-Dupont) opnieuw laten meerijden. Ferry Monster was alvast vol lof over het eerste optreden en ik wist dat Ferry altijd een “goede prijs” kon maken voor een zitje.
Voor de 24 Uren van Zolder-proloog had hij al een akkoord met Portugezen Mora-Rodrigues en dus had ik het met Roger “Publiaplic” Bertrand, grootvader én fan van Mathieu én bij Kronos Events hofleverancier voor alle bestickering, over een mogelijke deelname voor Colmar-Berg. Op dat ogenblik was ik Nicolas Renga aan het helpen met het vinden van een structuur, transport om het grote debuut te organiseren van de Alfa Romeo Giulietta TCR, omdat Marc VDS hen niet kon helpen. Ferry zag het wel zitten om de Alfa in Charleroi op te pikken en zo door te rijden naar Colmar-Berg en in de paddock onder het tentzeil plaats te ruimen voor de bloedmooie Italiaanse bolide naast de… SEAT #6. Het kostenplaatje hiervoor bracht een duit in het zakje om het budget voor Detry rond te krijgen, maar dat volstond niet, dus diende er gezocht te worden naar een tweede man.
De maandag voor de races in Luxemburg hing Roger aan de lijn met het slechte nieuws dat een sponsor/coureur had afgehaakt. Slecht nieuws, want zonder Ferry en de SEAT zaten we ook zonder infrastructuur voor de Alfa of nog erger, was er een mogelijk verstek van de Alfa. Twee auto’s meer of twee minder? Uiteindelijk hapte Matthieu de Robiano toe, want hij wou wel eens proeven van TCR en ik was aldus zeker van de komst van de #6 SEAT en de #27 Alfa, oftewel het vijfde merk aan de start in TCR Benelux!
Enkele weken later, de maandag na TT Circuit Assen, besefte ik dat er géén Nederlandse formaties aan de start zouden verschijnen tijdens de finale op Circuit Jules Tacheny de Mettet. Hallo Ferry? Hallo Toine Hezemans, de vader van Loris, wiens SEAT door Ferry (soms) werd gerund. Toine schakelde mij door naar Hans Hugenholtz, met wie wij al aan het praten waren over een RNT-achtig Stuurwiel maar via de KNAF Academy. Hans vond het wel een goed idee om ter voorbereiding van 2017 een voorsmaakje te geven in Mettet, maar omdat Loris geen deel uitmaakte van de selectie van de Academy, viel de naam van Willem Meijer, kampioen in de NK Citybug Cup. Of Roger voor kleinzoon Mathieu nog eens iets wou regelen? En kon Ferry een mini-budget – één mecanicien op zaterdag; twee op zondag – voorstellen? Resultaat was een derde rit in TCR Benelux voor Detry, als teammaatje van Willem Meijer ofte een zuiver BeNe-duo met een Belg en een Nederlander!
Dezelfde Willem Meijer zat één jaar later, onder de vlag van KNAF Talent First, in één van de Audi’s RS3 LMS van Bas Koeten Racing. Die twee Audi’s kwamen er mede door een ‘deal’ met Het Wijnhuis én Sven Van Laere, waarbij deze laatste met een Clio van Bas Koeten aan de start verscheen in de ‘race in de race’. Mathieu nam in 2017 plaats in de VW Golf GTI TCR Team WRT, naast Maxime Potty.
Er zijn veel zaken die mij als coördinator van TCR Benelux zijn bijgebleven, maar het weekend op het Circuit Jules Tacheny de Mettet in 2017 kader ik met veel genoegen mooi in!
“Net voor de briefing hielden Bas en Jelle (Koeten) mij staande met de melding dat Maarten Mus zich ziek had gemeld en het niet (meer) zag zitten om Alexis van de Poele bij te staan in de #56 Audi”
Ik heb het dan over de zege van Lorenzo Donniacuo in Sprint 1. Het werd ook de eerste van de Audi RS3 LMS van mijn vrienden van Bas Koeten Racing! Bijzonder. Want net voor de briefing op zaterdagochtend hielden Bas en Jelle mij staande met de melding dat Maarten Mus zich ziek had gemeld en het niet (meer) zag zitten om Alexis van de Poele bij te staan in de #56 Audi. Ik had nog tot donderdag met Lorenzo Donniacuo onderhandeld voor een zitje in de SEAT van Ferry Monster, maar wegens niet rondkrijgen van een deal met een tweede coureur, informeerde ik Ferry dat hij de SEAT niet moest inladen en zich zo volledig kon concentreren op de DK Racing-VW Golf GTI van Jonas De Kimpe.
“Maarten gaat zijn deel betalen, maar heb jij een coureur die kan inspringen, mét nog wat budget”, klonk meteen de vraag van de Koeten-broers. Ja! En daarop werd Lorenzo door mij wakker gebeld. Eén uur later stond hij in de pitlane en maakte er kennis met de Audi RS3 LMS en zette meteen zeer snelle tijden op de tabellen. Zonder één meter gereden te hebben, waarna hij in Qualifying de “pole” voor Sprint 1 verwezenlijkte en daar prompt van start tot finish sterk domineerde.
Die twintig minuten duurden een eeuwigheid en, ik geef toe, ik heb nog nooit zo gesupporterd voor een TCR-coureur of team!